Zwangerschap op een andere plek

Soms kan het voorkomen dat het eitje wel bevrucht wordt, maar zich niet op de juiste plek innestelt of dat alleen de placenta doorgroeit en het vruchtje niet, dit neemt risico’s met zich mee. Er kan dan sprake zijn van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap (Extra uterine graviditeit EUG) of een Mola zwangerschap.

Buitenbaarmoederlijke zwangerschap

Meestal zit een buitenbaarmoederlijke zwangerschap (EUG) in een eileider, dit is een gevaarlijke situatie, een vruchtje kan zich daar niet ontwikkelen. In de eerste weken van je zwangerschap is het vaak moeilijk te constateren of een zwangerschap op de juiste plaats zit, meestal is het niet goed te zien op een echo. Vaak gaat het gepaard met vage klachten als licht vaginaal bloedverlies, lichte tot hevige buikpijn, misselijkheid of braken. Soms gaat een EUG gepaard met flinke pijn links of rechts in je onderbuik en het kan ook uitstralen naar je schouderbladen. Vaak is er aanvullend bloedonderzoek nodig om zeker te weten of de zwangerschap op de juiste plaats zit of niet.

Bij een verdenking op een EUG sturen we je direct door naar de gynaecoloog. Daar wordt je verder onderzocht en wordt een behandeling gestart. De behandeling is afhankelijk van je klachten, het kan met medicijnen of met een operatie.

Een nieuwe zwangerschap na een EUG kan moeizamer gaan, zeker als er een eileider is verwijderd, ook is er een verhoogde kans om weer een EUG te krijgen, het is dus belangrijk dat je bij een nieuwe zwangerschap je vroeg aanmeldt zodat we een echo kunnen maken om te zien of de zwangerschap nu wel op de juiste plek zit.

Verlies na 12 weken
Regelen-zwangerschap-de-vaart-verloskundige
Mola zwangerschap

Bij een mola-zwangerschap is er bij of kort na de bevruchting iets misgegaan en groeit alleen de placenta door en is er geen vruchtje. Dit komt zelden voor. Door de groei van de placenta raakt de hormoonhuishouding verstoort, wat kan leiden tot een kwaadaardige celdeling.

Bij een normale zwangerschap ontstaat uit de gedeelde cellen een vruchtje en een placenta. De placenta groeit in de baarmoederholte verder en door vochtophoping ontstaan talloze blaasjes. Gewoonlijk is er bij een mola-zwangerschap dus geen vruchtje. Is er bij uitzondering toch een vrucht, dan is deze bijna nooit levensvatbaar.

Er zijn twee soorten mola te onderscheiden:

  • Complete mola-zwangerschap: hierbij wordt een eicel zonder erfelijk materiaal bevrucht door een spermacel. Het hieruit ontstane embryo is niet levensvatbaar.
  • Incomplete (ook partiële genoemd) mola-zwangerschap: hierbij wordt één eicel bevrucht door twee spermacellen, ook dit embryo is doorgaans niet levensvatbaar.

Vaak merk je in het begin zelf weinig van een mola zwangerschap, op de echo zien we vaak geen vruchtje maar wel veel blaasjes in je baarmoeder. Bij een verdenking op een Mola zwangerschap sturen we je door naar de gynaecoloog, die bekijkt ook het hCG gehalte in je bloed wat vaak erg hoog is. Als er sprake is van een Mola zwangerschap dan wordt er een curettage verricht om het weefsel te verwijderen, daarna moet het hCG gehalte weer gaan dalen.

Er wordt geadviseerd om een half jaar te wachten met opnieuw zwanger worden na een Mola zwangerschap, de herhalingskans is slechts 1%.